Toeren. Kracht. Geluid. Beleving. Dat zijn de pijlers waarop Kees van Gils zijn kleine wagenpark bouwde. Gekscherend zegt hij dat hij “een klap van de molen” heeft gehad, maar wat hij vooral – en dagelijks – krijgt is een duw in de rug van de mooiste motoren die er bestaan.
Gepubliceerd op 14/11/2025
Ode aan de motor
Kees van Gils over zijn bijzondere wagenpark
Zaadje geplant
Al voor hij 42 jaar geleden werd geboren werd de basis gelegd voor Kees van Gils’ liefde voor Toyota: “Mijn vader had twee KP60-Starlets, twee Corolla’s – een EE80 en daarna een EE90 –, nóg een Starlet en weer een Corolla, een E11. Ik heb nooit anders dan een Toyota voor de deur zien staan. Dat heeft het zaadje geplant.” Toen Kees 18 jaar werd en zijn rijbewijs haalde, was er maar één eerste auto mogelijk: “Een Toyota. Ik kocht een Corolla GTSi met 164.000 kilometer op de teller. Die deed ik pas 20 jaar en 238.000 kilometer later weg.”
Drie levensfases
Die eerste auto was dus nogal een blijvertje. Kees: “Die Corolla heeft drie levensfasen doorlopen. Tot 250.000 kilometer was hij, op foute wielen en een paar foute stickers na, helemaal standaard. Daarna heb ik er een 4A-GE motor uit een Toyota Levin in laten zetten. Die heb ik 100.000 kilometer gehouden, daarna heb ik ’m vervangen door een 3S-GE, de beroemde Red Top BEAMS. Iemand in mijn vriendenkring importeerde die motoren, hij zocht een projectauto en dat werd mijn Corolla. Dankzij hem ontwikkelde ik een zwak voor de performancemotoren van Toyota. Dat raak ik nooit meer kwijt.”
Liefde voor performance
Die liefde voor performance loopt als een rode draad door het leven van Kees en is ook zichtbaar in zijn huidige wagenpark. Hij bezit een Starlet XLi uit 1991 die hij heeft omgebouwd tot GT Turbo, inclusief de juiste 4EFTE-motor. Daarnaast heeft hij een MR2 en een Lexus IS300 Sportcross. Allemaal met fijne motoren, maar niet zo fijn als de krachtbronnen in zijn twee pronkstukken: een Levin BZ-G en een Altezza RS200, beide uit 1999. “De Altezza kwam er omdat er geen kinderstoel in de Levin past. Die past wel in de Altezza, maar de Levin spreekt toch meest tot de verbeelding.”
“Mooie Paseo”
Logisch, want de Toyota Levin werd alleen in Japan geleverd en is dus onbekend in Nederland. Dat merkt Kees bijna dagelijks: “Heel vaak vragen mensen mij wat voor auto dit is. Soms zien ze wel dat het Japanse import is en ik krijg zelfs wel eens te horen dat ik zo´n mooie Paseo heb.” Dat Kees vol lof is over de krachtbron in het vooronder van zijn Levin is niet verrassend: “De 4A-GE Black Top is de enige 20-kleps viercilinder die door Toyota is gebouwd, dat is uniek en hij heeft een heel eigen karakter.”
Geen zes, maar vier
Dat heeft ook zijn gitzwarte Toyota Altezza. Die levert onderweg veel minder gespreksstof op, want Nederland kent deze auto als eerste generatie van de Lexus IS. “Bijna niemand weet dat dit een Toyota is, iedereen denkt dat het een Lexus is”, zegt Kees. “Gaaf, zeggen mensen dan, met zo’n fijne zescilinder, maar ze weten niet dat de Altezza RS200 geen zes, maar vier cilinders heeft. De 3S-GE Black Top levert bijna hetzelfde vermogen als de drieliter zescilinder in de Lexus IS. Maar daar zijn wel meer toeren voor nodig, en een handgeschakelde zesbak. Een heel bijzondere combinatie!”
Tevreden met speelgoed
Dat hij een mooie en bijna unieke collectie Toyota’s heeft, beseft Kees goed, maar niks menselijks is hem vreemd: “Het kriebelt altijd wel. Toen ik de Altezza tegenkwam, had ik een GT86 waarvan de motor kapot was. Die moest het veld ruimen, maar ik zou best nog wel eens een mooie GT86 willen hebben. En een Lexus RX450 als gezinsauto, ja, dat lijkt me ook nog wel wat. Maar tegelijkertijd ben ik heel tevreden met mijn huidige speelgoed. Dat wil ik zeker niet kwijt!”
Zelf sleutelen
Van Toyota’s spreekwoordelijke betrouwbaarheid weet Kees al zijn hele leven. En hij weet nu dat die ook voor de meest bijzondere motoren geldt: “Het enige dat deze auto’s nodig hebben is één keer per jaar een nieuw oliefilter en een paar liter verse olie. Dat doe ik allemaal zelf. Oké, en af en toe pas ik iets aan. Mijn Altezza heeft andere schokdempers en donkere ruiten, de Levin heeft andere wielen. Zolang het subtiel blijft, moet dat kunnen.”
Ultieme beleving
Elke rit – alleen of met zijn vrouw en twee dochters – is voor Kees genieten geblazen: “Motoren zonder turbo, die met een hoog toerental hun verplaatsing creëren, dat is het mooiste wat er is. Zo’n 4AG die tot boven de 8000 toeren doortrekt, terugvalt en dan weer doorsleurt, dat is de ultieme beleving. Dat fantastische geluid en het gevoel dat je zo’n motor tot het uiterste en nog verder kunt benutten, dat is mooi.”