Brothers in arms

De Corolla van broers Henny en Ruud
Gek op alles wat rookt, pruttelt en herrie maakt, dat zijn de Hoofddorpse broers Henny en Ruud Klein. Wie doorvraagt merkt dat ze niet alleen gek zijn op sleutelen, maar vooral op de Toyota Corolla KE20. Puur jeugdsentiment, want omdat hun vader vroeger zo’n Corolla had, hebben Henny en Ruud er nu allebei eentje. Niet alleen verstevigt dat hun band als broers, het houdt ook hun vader dicht bij hen.

Motor die de oren van je kop brulde

It’s written in the stars”, zingen Dire Straits in het ontroerende lied Brothers in Arms. In hun jeugd kenden Henny en Ruud dat nummer niet, het moest nog geschreven worden. Achter in de Corolla KE20 van hun ouders luisterden ze vooral naar Earth & Fire, tijdens vakantieritten naar Luxemburg, Oostenrijk en naar overal en nergens. De Toyota van vader Dirk, een witte Corolla KE20 uit 1973 – de 08-AK-88 – onderging het zonder klagen. “Met 90 op de snelweg en een motor die de oren van je kop brulde”, lachen ze, “toen kon dat nog.”

Oude foto

Onlangs vonden ze een foto uit 1983, met de Corolla voor het ouderlijk huis, met een jonge Ruud in de deuropening. Die foto bracht allerlei herinneringen terug. Aan de smalle achterbank, waar Ruud en Henny keken hoe hun vader stuurde. Waar ze zich ziek aten aan snoep uit de opbergvakken, en waar ze nog onwetend waren van het feit dat het motorgeluid, de geur van de bekleding en het typische klik-klakgeluid van het rempedaal zich in hun geheugen zouden vastbranden. Maar dat ze ooit zelf zo’n Corolla zouden hebben, stond waarschijnlijk toen al in de sterren geschreven.

Plastic bekleding-luchtje

Inmiddels zijn Henny en Ruud respectievelijk 58 en 60 jaar en zijn ze allebei de trotse eigenaar van een Corolla uit de jaren ’70. Ruud heeft een zeldzame SR coupé uit 1974 – een KE25, voor kenners – terwijl Henny een witte tweedeurs sedan uit 1971 heeft. Met de auto van Henny bezitten ze een vrijwel exacte kopie van de auto van hun vader. “Zelfs de geur is dezelfde, dat plastic bekleding-luchtje van vroeger herkenden we meteen”, zeggen ze, “net als dat klikje in het rempedaal. Als je dat hoort, dan weet je dat je een goede Corolla hebt!”

Samen rommelen

Die uitspraak doen Henny en Ruud niet zomaar, ze weten waarover ze praten. Al sinds ze een jaar of 16 zijn besteden hun zaterdagen aan “samen rommelen”. Rommelen, dat betekent sleutelen aan alles wat ze leuk vinden. Eerst waren dat brommers, later werden het auto’s. En hoewel ze niet helemaal monogaam zijn, zorgde de Corolla van hun vader ervoor dat er toch vaak Toyota’s in hun loods belandden.

“Corolla’s zijn mooier”

Op dit moment werken Henny en Ruud aan de restauratie van een Carina uit 1976, zet Henny de laatste puntjes op de i van de MR-2 die hij in de zomer als dagelijkse auto gebruikt en doet Ruud ook wel eens wat aan zijn nog piepjonge Toyota C-HR. Aan de Carina werken de broers al lang, en in dat proces ontdekten ze eigenlijk maar één probleem. Ruud legt het uit: “Die Carina is mooi, maar Corolla’s zijn mooier.”

Hart en ziel

Voortgedreven door jeugdsentiment gingen de broers op zoek naar een Corolla KE20. Dat leidde drie jaar terug tot de aanschaf van de rode KE25, een auto die het hart van de broers sneller deed kloppen. Niet alleen omdat het een Corolla uit hun jeugd was, maar ook omdat het een project was waar ze hun hart en ziel in kwijt konden. Ruud is automonteur, Henny is plaatwerker en samen toverden ze de bejaarde en verwaarloosde coupé om tot een bijna nieuwe auto, die helemaal is uitgevoerd als de SR, het topmodel van destijds.

Echt uniek

Hoe Ruud al die vreselijk zeldzame onderdelen van de Corolla KE25 wist te vinden, is Henny nog steeds een raadsel, maar hij is trots op zijn broer en het resultaat wat ze samen wegzetten. “Hij heeft een toerenteller en een vijfbak”, zegt Ruud met gepaste trots, “dat is echt uniek. En hij kan nog tonnen mee.”

Broertje bij

Uniek is mooi, maar de zoektocht naar een sloopauto zette de wereld van de broers op zijn kop. Een verkoper bood ze een witte Corolla KE20 aan. Zoals die van hun vader. Met een kapotte motor weliswaar, maar dat detail bedekten Ruud en Henny met de mantel der liefde. Ze waren verkocht en wisten toch al dat deze auto geen donor zou worden, maar dat de unieke SR van Ruud er een broertje bij zou krijgen. Samen haalden de broers Klein de witte KE20 uit elkaar, en als nieuw bouwden ze hem weer op. Bijna nieuw in elk geval. “Want”, zegt Henny, “er is altijd wat te verbeteren. Hij is nooit af.”

Genieten

Na een jaar werk is de Corolla klaar om te rijden. Daar genieten de broers nu volop van. Het zou mooi zijn om te zeggen dat Earth & Fire weer door het interieur schalt, maar helaas: “Hij heeft geen radio. Hoeft ook niet, want dat motortje klinkt zo mooi! Dat loopt bijna beter dan nieuw!” Ruud en Henny genieten ervan om toertochtjes te rijden en evenementen te bezoeken. “Het gevoel is anders dan vroeger”, zeggen ze, “vroeger leek zo’n Corolla veel groter. Toen keken we tegen die auto op, omdat we er zoveel in meemaakten. Nu is het anders.”

Houden van hun Corolla’s

Anders dus. Emoties zijn moeilijk en soms vind je er de woorden niet bij. Ook zonder woorden is wel duidelijk dat Henny en Ruud zielsveel houden van hun Corolla’s. Als ze eraan sleutelen of erin rijden, dan denken ze aan vroeger, aan de jochies die ze ooit waren en aan de vader waar die jochies zo tegenop keken.

Sleutels geven

Dirk Klein overleed op 18 april 2013, op zijn 77e verjaardag. Dat zijn zoons “zijn” Corolla zouden kopen maakte hij niet meer mee, en dat is jammer. “Hij zou het mooi vinden”, zeggen Ruud en Henny, “wat hij zou zeggen als hij ons zo kon zien? Weten we niet. Waarschijnlijk gewoon dat we hem de sleutels moeten geven, omdat-ie een stukkie wil rijden.”
Gepubliceerd op 4 augustus 2022