Onder kenners geniet de Toyota Celica groot respect, ondanks dat het model al bijna 20 jaar niet meer te koop is. Als je wil weten wat de Celica zo bijzonder maakt, dan moet je eens met Henk Franken praten. Hij is al achttien jaar de trotse bezitter van zijn vijfde Celica. Zijn Celica T-Sport uit 2001 is wat hem betreft de beste versie, van de mooiste Toyota die er is.
Mooiste Celica die er is
De Toyota Celica van Henk Franken
Glansrijke carrière
In 2005 verdween de Toyota Celica van de markt, na een glansrijke carrière van maar liefst 33 jaar. In die jaren verrichte de Celica niet alleen heldendaden in de showroom, maar ook op de proeven van internationale rally’s. Met elke overwinning die de Toyota Celica voor de neus van de concurrentie wegkaapte, steeg zijn populariteit. Iedereen wilde zo’n stoere sportcoupé, ook Henk Franken.
Eerste autootje
“Mijn vader kende de lokale Toyota-dealer. Hij reed zelf ook Toyota’s en die voorkeur gaf hij door aan mij en mijn broer”, begint Henk zijn verhaal. “Mijn eerste autootje kocht ik van mijn broer, voor één gulden, een Toyota Corolla 1200 Sprinter uit 1969. Een heel fijn autootje, dat tot op de dag van vandaag rondrijdt in België. Ik ben ‘m zelfs nog wel eens tegengekomen en heb eigenlijk spijt dat ik ‘m heb weggedaan. Maar ja, ik kreeg onkosten en wilde wat sportievers, wat stoerders. Ik was nog jong.”
Een beest om te zien
Want toen Henk zijn Corolla ergens rond 1988 naar de dealer bracht, werd zijn aandacht getrokken door een witte schoonheid in de showroom. Een Celica XT uit 1983 om precies te zijn: “Er stond een hele rij Celica’s, maar deze mooie witte stak er iets bovenuit”, zegt Henk. “Ik wist meteen dat dat de mijne zou worden en na een proefritje was ik helemaal verkocht. Hij reed zalig en met z’n Supra-spoiler was het een beest om te zien.” De witte Celica was het startschot voor een verslaving die Henks verdere leven zou duren.
Moddervet!
Het rijgedrag van de witte Celica – “die auto stond moddervet op z’n wielen en lag als een blok op de weg!” – deed Henk al snel naar meer vermogen verlangen. Dus kwam er al na twee jaar een blauwe 1.6 GT. Helaas duurde dat ‘huwelijk’ maar kort: “Na een paar maanden werd ik op een kruising aangereden door iemand die door rood reed. Mijn Celica was total loss, maar gelukkig vond de dealer precies dezelfde auto als vervanging.”
Behoorlijk snel
Helaas voor Henk liep die auto al snel tegen een probleem aan, maar toen dat eenmaal was verholpen genoot hij acht jaar lang van zijn GT: “Hij was behoorlijk snel en dus heel leuk om mee te rijden!” Maar liefhebberij vraagt altijd om meer en Henk liet zijn oog vallen op de Celica T200, de generatie met de ronde koplampen uit de jaren ’90. Dus die kwam er, een grijze: “Daar heb ik eerst de trekhaak onder vandaan laten halen. Verder was het een prachtwagen.”
Perfectie
Over zijn Celica T200, van bouwjaar 1994, zegt Henk: “Het was alsof die auto tegen je sprak. Als je hem een bocht liet zien, zei hij ‘Nu gaat het leuk worden!’ Ik vond ‘m ook heel mooi, met zijn driespaaks velgen en spoilers.” Het was echter toch niet de ultieme Celica voor Henk. Die zou hij pas in 2006 tegenkomen: een blauwe T-Sport uit 2001, van de zevende en laatste generatie: “Dit is een Celica die alles kan. Voor mij is dit de perfectie”, zegt hij nu, achttien jaar na de aankoop.
Het lijkt een soort kart
Dat de blauwe T-Sport al bijna twee decennia – langer dan al zijn voorgaande Celica’s samen - bij hem is, weet Henk wel uit te leggen: “Hij is wat kleiner, waardoor het een soort kart lijkt. Hij ligt als een ik-weet-niet-wat op de weg. En als je optrekt, word je door de 192 pk écht in je stoel gedrukt. Ik heb ‘m al zo lang, maar nog steeds rij ik soms een rondje met maar één doel: even rijden en even genieten van wat hij allemaal kan.”
Onovertroffen…
De band tussen Henk en zijn Celica zit heel diep, maar de pragmaticus in Henk heeft ook een stem: “Hij is 23 jaar oud, ik rij ´m al achttien jaar. Op zo´n leeftijd krijg je toch te maken met onkosten en slijtage. Ik heb me al afgevraagd of en tot wanneer ik daarmee door moet gaan. De inruilwaarde is nihil en ik ga met de trein naar mijn werk, dus ik rij niet veel. Wat zou ik moeten terugkopen? Ik wil weer een Toyota en het rijgedrag van mijn Celica is onovertroffen…”